ma 03 apr.

Limburgs ondernemersvertrouwen de goede kant op Prognose voor 2de kwartaal 2023 weer licht in de plus

POL blijft nipt negatief: -0,8

  • Aanwervingsintenties stilaan terug in de lift
  • Hoop op gedeeltelijk herstel winstgevendheid in Q2
  • Verwachte terugval bedrijfsinvesteringen tempert wel verwachtingen
  • Bouwsector vreest als enige moeilijker tweede kwartaal
  • Opnieuw slechter eerste kwartaal voor industrie, maar verbetering in vooruitzicht
  • Groothandel en diensten hernemen koppositie, detailhandel vindt terug aansluiting

Ruben Lemmens, VKW: “Politiek Brussel, durf eindelijk eens doortastende keuzes te maken.”

Bart Lodewyckx, UNIZO: “Campagne voeren lijkt al vóor beleid voeren te komen in het politieke woordenboek.”

Het ondernemersvertrouwen gaat weer de goede kant op. Dat blijkt uit de Polsslag Ondernemend Limburg (POL), de bevraging waarmee UNIZO Limburg en VKW Limburg ieder kwartaal peilen naar het aanvoelen bij de Limburgse ondernemers over de economische gang van zaken. De POL stijgt in april 2023 voor de tweede keer op rij flink, maar blijft met een cijfer van -0,8 wel nipt negatief.


Hoewel het voorbije kwartaal voor de tweede keer op rij beter werd geëvalueerd dan het voorgaande, werd Q1 2023 globaal nog altijd negatief beoordeeld, getuige het evaluatiecijfer van -3,0. Voor het komende kwartaal zit wèl een kleine meerderheid van de Limburgse ondernemers terug in positieve modus: met +1,4 komen de vooruitzichten terug licht in de plus.

De stijgende vooruitzichten worden vooral nog getemperd door de bedrijfsinvesteringen, waar de rem het komende kwartaal nog niet van het pedaal gaat. Integendeel, in tegenstelling tot de stijgende vooruitzichten bij alle overige indicatoren, zet de prognose voor investeringen voor Q2 met -3,1 zelfs een duidelijke stap terug. De aanwervingsintenties lijken na een eerste stijging in het eerste kwartaal daarentegen wel nog verder te zullen hernemen. Daarnaast leeft de hoop om de desastreuze winstgevendheid van de bedrijven toch enigszins te herstellen in het komende kwartaal.

Een analyse van de POL-cijfers volgens sector toont aan dat het afgelopen kwartaal voor de Limburgse maakbedrijven nog moeilijker was dan het voorgaande, vooral door toedoen van een weliswaar verwachte malaise op vlak van omzet en export. De vooruitzichten voor Q2 vertonen voor de industrie echter een duidelijke verbetering, zelfs al blijven ze nog nipt negatief. In de bouwsector is daartegen als enige sector de teneur minder positief voor het komende kwartaal dan over het afgelopen kwartaal. De detailhandel blijft duidelijk het minst optimistisch, maar dicht wel de kloof van de voorbije kwartalen met de overige sectoren. Groothandel en in mindere mate de dienstensector handhaven hun koppositie met positieve cijfers voor zowel evaluatie als prognose.

Kijken we naar de grootte van de bedrijven, dan zien we de grootste bedrijven voor het eerst sinds midden 2021 terug de meest positieve categorie worden. De tweede grootste categorie (100-249 werknemers) vinden hierbij aansluiting in de vooruitzichten voor komend kwartaal. Aan de andere kant van het spectrum blijven de kleinste bedrijven het meest negatief over het afgelopen kwartaal, maar kijken de allerkleinste bedrijven (minder dan 5 werknemers) een stuk positiever naar de toekomst dan hun net iets grotere collega’s. De kleine KMO’s met 10 tot 49 werknemers zweren het bij het pad van de geleidelijkheid en willen de verbetering in het eerste kwartaal doorzetten met een licht positieve prognose voor het tweede kwartaal van 2023.

Ruben Lemmens, gedelegeerd bestuurder VKW Limburg: “Na het dieptepunt in oktober versterkt het vertrouwen van onze Limburgse ondernemers voor de tweede keer. Hoewel de weg nog lang is, is dat uitstekend nieuws.  We zien ook de aanwervingsintenties terug wat aantrekken. En dus hikken we al snel weer aan tegen het grote probleem van de arbeidsmarktkrapte - terug van nooit weggeweest eigenlijk. Beleidsmatig moeten er nu eindelijk spijkers met koppen worden geslagen. Met enkel staren naar een doelstelling is die nog nooit gehaald. Om de activiteitsgraad fors en snel op te trekken is concrete actie nodig: doorgedreven arbeidsmarkthervormingen om werken fors aantrekkelijker te maken en iedere hangmatmentaliteit krachtig te ontmoedigen. Het is teleurstellend dat de regering hier andermaal een kans heeft gemist om eindelijk de koe bij de horens te vatten. Hoe lang moeten we nog wachten? Het verontrust ons ook dat de rem op vlak van bedrijfsinvesteringen nog niet gelost wordt. De concurrentiekracht die we het voorbije jaar hebben verloren is hier mee debet aan. In welke mate is ons land nog aantrekkelijk om te investeren? Het herwinnen van onze competitiviteit moet dan ook de tweede grote prioriteit zijn voor het beleid. Dat doen we niét door onze koppositie inzake hoogste belastingen nog verder uit te bouwen, maar wél door eindelijk voluit in te zetten op efficiëntie en kostenbesparingen. We verliezen in snel tempo de weinige voorsprong die we nog hebben, doordat we simpelweg geen keuzes durven maken. Politiek Brussel, durf eindelijk eens doortastende keuzes te maken.”

Het volledige persbericht kan je hier downloaden.