Het aantal Limburgse bedrijven dat internationaal actief is, stijgt verder. Vandaag zijn bijna 6 op de 10 Limburgse bedrijven met activiteiten aanwezig in het buitenland. In 2019 noemde nog maar 5 op 10 zich internationaal actief. Bij hen die dat niet zijn worden er wel minder plannen gesmeed: bij amper 7% en dan nog op langere termijn. Voor de komende jaren wordt het optimisme getemperd, toch verwacht nog nagenoeg de helft (49%) van de exporterende bedrijven een duidelijke verdere groei van het exportaandeel in hun zakencijfer. Dat blijkt uit een bevraging van UNIZO Limburg en VKW Limburg over internationaal zakendoen bij ruim 300 Limburgse bedrijven.
44% van alle Limburgse bedrijven geeft aan te exporteren, goed voor gemiddeld iets meer dan 46% van hun omzet. Dat zijn niet altijd fysieke goederen of producten. 1 op 3 exporteert diensten. Het belang van de buurlanden als exportbestemming neemt nog verder toe. 3 op 5 doet het ook buiten de EU en het Verenigd Koninkrijk is hiervoor sinds de Brexit de belangrijkste bestemming geworden (71%). Het Brexit-trauma lijkt daarmee enigezins afgeschud, van de Russische afzetmarkt is daarentegen nagenoeg geen spoor meer. Gemiddeld maakt export buiten de EU iets meer dan 11% uit van de totale export, toch een duidelijke achteruitgang ten opzichte van de peiling in 2019. Door de moeilijkere concurrentiepositie van onze exportbedrijven, blijft hier dus nog veel exportpotentieel onbenut. Azië blijft de belangrijkste verre exportbestemming, maar Noord-Amerika rukt op.
Ook exportgerichte e-commerce biedt nog veel progressiemarge: slechts 1 op 6 exportbedrijven zegt via internet rechtstreeks aan buitenlandse klanten te verkopen en de uitbouw ervan zit slechts bij 1 op 7 van de exportmanagers in het takenpakket. 3 op 5 exportbedrijven heeft zo’n exportmanager in dienst. Limburgse exporteurs blijven als distributiekanaal hoofdzakelijk zweren bij eigen verkopers.