VKW Limburg presenteert vandaag de nieuwste editie van de TOP500 van het Limburgse bedrijfsleven. De werkgeversorganisatie verzamelde daarin al voor de 40ste keer de meest recente bedrijfsresultaten van de 500 grootste ondernemingen in Limburg. Het referentiewerk bevat een schat aan informatie, die dankzij een grondige analyse een scherp beeld geeft van de toestand en gezondheid van de Limburgse economie.
Uit de analyse blijkt dat 2024 zich opnieuw laat bestempelen als een moeilijk economisch jaar voor de Limburgse bedrijven, na een ook al tegenvallend 2023. Achter de gemiddelde cijfers schuilen belangrijke verschillen naar sector en grootte, maar vooral de industrie kreunt onder de omstandigheden.
De omzet ging er in reële termen opnieuw niet op vooruit, het aandeel van de export in de TOP500 viel verder terug tot een historisch laag niveau en ook de rendementen gingen al voor de derde keer de verkeerde kant op. Behalve in de industrie, bleef de tewerkstellingsgroei wel sterk aanhouden, met een dalende arbeidsproductiviteit en opnieuw sterk gestegen personeelskosten als keerzijde van die medaille.
Samengevat:
Marc Warson, voorzitter VKW Limburg: “De cijfers van 2024 laten er geen twijfel over bestaan: onze bedrijven, en zeker de internationaal actieve, staan onder zware druk door een fundamenteel concurrentiekrachtprobleem. De lopende arbeidsmarkthervormingen zijn een stap in de goede richting, maar bijlange niet voldoende. Er is nú nood aan moedige en snelle keuzes die onze ondernemingen opnieuw zuurstof geven. Vooral op het vlak van de structurele loon- en energiekostenhandicaps dringen ingrijpende maatregelen zich op. Daarnaast is een krachtig en toekomstgericht industriebeleid essentieel: een beleid dat vergunningen tot prioriteit maakt, investeert in cruciale infrastructuur en innovatie volop stimuleert in plaats van belemmert. Als we nu niet ingrijpen, riskeren we de fundamenten van onze industrie én de motor van onze economie te ondermijnen. Want ook diensten, bouw en handel hebben een sterke maakindustrie nodig om een duurzaam groeiverhaal te blijven schrijven. De boodschap aan onze beleidsmakers is duidelijk: het moment om écht door te pakken is nu.”
Gedeputeerde van economie en POM-voorzitter Tom Vandeput concludeert:
“Economische vooruitgang rust op sterke schouders. De TOP500 bundelt de 500 meest toonaangevende ondernemingen van Limburg. Hun volharding en ondernemerschap verdienen waardering. De voorbije vijf jaar waren economisch uitdagend. De toekomst belooft minstens even veeleisend te zijn. Technologische ontwikkelingen worden almaar disruptiever, de vergrijzing versnelt, de energietransitie herschrijft de regels en internationale handelsrelaties blijven onzeker. Al deze ontwikkelingen raken rechtstreeks aan het Limburgs ondernemerschap en zullen onze regio stevig op de proef stellen. SALKturbo biedt richting: naar een innovatieve, duurzame, digitale en inclusieve economie. Vooruitgang komt niet door vast te houden aan het vertrouwde, maar door te vernieuwen, talent aan te trekken en duurzame waarde te creëren in de sectoren waarin Limburg uitblinkt. De campussen in bouw, life sciences, logistiek en maak vormen samen een innovatieketen – van onderzoek tot toepassingen in de praktijk. Dat moet leiden tot innovatie die rendeert, nieuwe jobs opleveren en carrièrekansen creëren voor jongeren in eigen provincie.
De toekomst vraagt visie, keuzes en daadkracht. Dit is het moment om de rug te rechten en te bouwen aan wat komt. Want morgen is van ons.”
Ruben Lemmens, gedelegeerd bestuurder VKW Limburg sluit af met een positieve noot: “Bedrijven die deel uitmaken van de TOP500 mogen daar met recht en reden fier op zijn. Wij zijn als VKW trots en dankbaar voor wat deze ondernemingen – en bij uitbreiding alle bedrijven in Limburg – elke dag realiseren: de jobs die ze creëren, de welvaart die ze opbouwen en de motor die ze vormen voor onze hele regio. Om die trots zichtbaar te maken, ontvangen alle TOP500-bedrijven van ons voor het eerst een officieel TOP500-label. Een label dat zij met fierheid kunnen dragen op een prominente plek en dat symbool staat voor hun bijdrage aan de Limburgse economie.”
