In een reactie op dit 10de Limburgs Arbeidsmarktrapport stellen Ruben Lemmens, gedelegeerd bestuurder VKW Limburg en Bart Lodewyckx, gedelegeerd bestuurder UNIZO Limburg:
“In het voorbije jaar namen onze bedrijven globaal gezien gas terug op aanwervingsvlak, maar de vooruitzichten voor het komende jaar getuigen van blijvende daadkracht en ambitie. Ondanks de economische tegenwind blijft de veerkracht van onze Limburgse bedrijven overeind. Zij blijven, samen met hun medewerkers, moedig voortdoen en werken aan de toekomst.
Maar die veerkracht kan niet oneindig zijn. Daarom blijven we ijveren voor krachtige maatregelen die de concurrentiekracht van onze bedrijven optillen en de knelpunten en handicaps aanpakken op vlak van kostencompetitiviteit, nutteloze administratieve overlast en de stroeve werking van onze arbeidsmarkt.
Zo’n knelpunt blijft zéker het vinden van medewerkers. De arbeidsmarktkrapte wordt er niet minder op. Nog altijd heeft meer dan 8 op 10 Limburgse bedrijven problemen om vlot medewerkers te vinden. Het aantal vacatures dat (blijft) openstaan zit op een recordniveau. Nefast voor toekomstige investeringsbeslissingen. Voor 2 op de 3 bedrijven betekent het gebrek aan personeel een belangrijke rem op hun noodzakelijke groei.
Per 100 personen tussen 20 en 64 jaar zijn er vandaag in Limburg 76 aan het werk. Het klopt dat nooit eerder zoveel mensen aan de slag waren als vandaag en dat de werkloosheidscijfers historisch laag blijven. Maar het werkloosheidscijfer geeft aan hoeveel mensen een job zoeken. Er zijn echter nog altijd te veel mensen die geen job hebben én niet zoeken. 24% van de bevolking op beroepsactieve leeftijd is niét aan het werk en slechts een miniem deel daarvan zoekt naar werk. Limburg kent dus nog een groot potentieel.
Onze buurlanden Nederland en Duitsland doen het met een werkzaamheidsgraad boven de 80% veel beter. De recepten zijn gekend en liggen voor het rapen: de werkloosheid beperken in de tijd, een lagere belastingdruk op arbeid, aanpak van de automatische loonindexering, lagere ontslagkosten, meer flexibiliteit, snellere opvolging en begeleiding van niet-actieven, … .
Limburgse bedrijfsleiders en ondernemers zijn unaniem: zolang het verschil tussen werken en niet-werken niet drastisch wordt verhoogd, blijft de beoogde werkzaamheidsgraad van 80% onhaalbaar. Werken moet meer beloond worden. Door de werknemersbijdragen te verlagen, zodat werknemers netto meer overhouden van hun brutoloon, en door de kloof met uitkeringen en alle daarbij horende sociale tarieven en kortingen véél verder uit te diepen.
Kortom: er werken te weinig mensen en zij die werken dragen te veel lasten. België is volgens de OESO wereldkampioen lasten op arbeid. Hoog tijd om het geweer van schouder te veranderen en kampioen te worden in een andere discipline: het aantal werkenden. Want het ziet ernaar uit dat we hun hoofden en handen meer dan ooit nodig gaan blijven hebben.”