ma 01 feb.

Hoe creëer je psychologisch eigenaarschap binnen het familiebedrijf en is dit aangewezen?

Of een CEO zonder aandelen zich psychologisch eigenaarschap zal voelen hangt zowel af van de kandidaat CEO als van de familiale aandeelhouders. Concreet bestaan er drie routes voor het ontwikkelen van gevoelens van psychologisch eigenaarschap.

Dr. Rüveyda Kelleci, Universiteit Hasselt: 
Psychologisch eigenaarschap binnen het familiebedrijf is een zeer delicate kwestie. Het ontstaan van gevoelens van psychologisch eigenaarschap betekent dat een persoon het doel van het eigenaarschap (vb. het familiebedrijf) als van zichzelf zal beschouwen, ook al is hij/zij juridisch gezien geen eigenaar (vb. de niet-familiale CEO).

Of een CEO zonder aandelen zich psychologisch eigenaarschap zal voelen hangt zowel af van de kandidaat CEO als van de familiale aandeelhouders. Concreet bestaan er drie routes voor het ontwikkelen van gevoelens van psychologisch eigenaarschap:

  • Autonomie: gevoelens van psychologisch eigenaarschap kunnen ontstaan indien een persoon controle kan uitoefenen over een object zoals bijvoorbeeld een bedrijf. Zoveel te groter de controle over het object, zoveel te meer het object beschouwd zal worden als een deel van het “zelf”. Functies met een grotere autonomie impliceren hogere niveaus van controle en zullen dus met een grotere waarschijnlijkheid leiden tot gevoelens van psychologisch eigenaarschap. Vanuit deze visie is het van groot belang om de niet-familiale CEO een grote mate van autonomie te geven. 
  • Job complexiteit: de functie van niet-familiale CEO in een familiebedrijf is complexer dan de CEO functie in een niet-familiebedrijf. Een succesvolle niet-familiale CEO moet niet enkel goed zijn in het managen van het bedrijf maar ook uitstekende capaciteiten hebben in het managen van de relaties met de familie. Een niet-familiale CEO zal dus meer van zichzelf moeten investeren in het familiebedrijf wat volgens de academische literatuur sterkere gevoelens van psychologisch eigenaarschap kan teweegbrengen. 
  • Sociale interacties: sociale interacties en de intensiteit van deze interacties zorgen ervoor dat de niet-familiale CEO het familiebedrijf beter leert kennen, wat de gevoelens van psychologisch eigenaarschap kan versterken. Een familie die sterk investeert in goede sociale relaties en interacties met de niet-familiale CEO zal zo bijdragen tot het bereiken van psychologisch eigenaarschap van hun CEO.

Een CEO die zich psychologisch eigenaar voelt van een familiebedrijf zal zich veel gemakkelijker gedragen in lijn met de bedrijfsdoelstellingen waardoor typische belangenconflicten tussen eigenaars en managers en het risico op zelfverrijkend gedrag geminimaliseerd kunnen worden. De literatuur veronderstelt daarom dat een niet-familiale CEO die zich psychologisch eigenaar voelt over het familiebedrijf een grotere kans heeft om succesvol te zijn.

Onderzoek

In de praktijk blijkt dit echter niet altijd het geval te zijn. Uit de resultaten van het doctoraatsonderzoek van Rüveyda Kelleci blijkt namelijk dat het uiten van gevoelens van psychologisch of mentaal eigenaarschap door de niet-familiale CEO, door onder andere een interesse aan te geven om het familiebedrijf geheel of gedeeltelijk te willen verwerven, een belangrijke oorzaak is voor het stopzetten van de samenwerking tussen een eigenaar en een niet-familiale CEO. Het onderzoek toont aan dat het signaleren van gevoelens van psychologisch eigenaarschap door de niet-familiale CEO bedreigend overkomt voor de familiale eigenaar en territoriaal gedrag uitlokt bij hem/haar, wat uiteindelijk leidt tot het ontslag van de niet-familiale CEO. Psychologisch eigenaarschap binnen familiebedrijven heeft dus ook een “dark side” in die zin dat het uiten van gevoelens van psychologisch eigenaarschap door de niet-familiale CEO tot onherstelbare schade kan leiden in de relatie tussen de familiale eigenaar en niet-familiale CEO. Men kan zich dan dus de vraag stellen of er misschien een optimaal niveau bestaat van psychologisch eigenaarschap in het familiebedrijf. Een bepaald niveau van psychologisch eigenaarschap kan aangewezen zijn, gegeven de voordelen die de academische literatuur naar voren schuift. Aan de andere kant, gezien de “dark side” van psychologisch eigenaarschap, zijn er mogelijk bepaalde grenzen aan het uiten van gevoelens van psychologisch eigenaarschap door de niet-familiale CEO.